Diest

101

Op de foto van de muur waar het jaartal 1987 opstaat. Het betrof een vol-automatisch fabriek. Ik geloof dat het hele bakproces door 4 of 6 man werd begeleid. Er werden, meen ik, 6 soorten brood gebakken, 4 soorten bollen en 2 soorten broden. De rest kwam nog uit Brunssum. De bedoeling was, dat met deze fabriek alle winkels in België van hieruit bevoorraad gingen worden en niet meer vanuit Brunssum. Alle Aldi’s, GB’s, Goal’s , etc. Ik had als taak 6 weken lang de zaak te gaan begeleiden bij de start. Ik reed dan ‘s avonds met een volle vrachtwagen naar Diest en ging daar de routes klaar zetten. ‘s Morgens kwam ik dan weer terug met leeg goed. Die 6 weken werden een paar maanden en op een moment ben ik ermee gestopt en ben weer in Brunssum gebleven waar ik de taak had alles klaar te zetten wat ‘s avonds naar Diest moest.
Wat erg opviel was dat de medewerkers een geheel andere mentaliteit hadden dan wij. Sowieso wat langzamer, maar het probleem zat hem vooral in de mensen die via een uitzendbureau kwamen werken. Ze kwamen zoals ze zin hadden, soms helemaal niet! Wat ook wel gebeurde, dat zo’n uitzender er midden in de nacht geen zin meer had en zonder iets te zeggen naar huis ging. Dat was vooral een probleem als deze op het eind van de lopende band stond en het afkomend brood in de kratten moest leggen!!
Ikzelf heb dat een keer of 3 meegemaakt dat er een hele berg brood opgehoopt achter de band lag en niemand het in de gaten had, dat de betreffende persoon met de noorderzon vertrokken was.
De leiding had een meneer Louis (achternaam weet ik niet meer).
Het had maar 6 weken moeten duren, maar ze kregen het daar niet onder de knie en ik zat er na een paar maanden nog! Ik had aangegeven dat ik er genoeg van had en ben terug gekomen in Brunssum in de middagdienst. Ik had daar, naar mijn idee, een uitzonderlijke positie, het klaarmaken van de bestelling voor Diest. Dat deed ik helemaal in mijn eentje, dus dat was wel speciaal. Rond een uur of 3 a 4 kwamen de computerlijsten binnen en kon ik aan de slag. Alles wat ik tekort had, gaf ik zelf door aan de bakkerij. Ik had dus met alle afdelingen contact en had zelfs daarvoor een eigen briefpapier met Marebos-logo ontworpen! Overdag zat daar ook een andere chef, een “gezette” man die de hele dag zwaar zat te roken. Hij was verantwoordelijk voor de verkoop aan het personeel en de mensen die ‘s morgens kwamen voor de verkoop van het brood en gebak wat die dag over was. Zijn naam ben ik kwijt, ook van die jongen jongen die onder hem werkte. Dat was een manusje van alles. Opruimen, klanten helpen, de spoelmachine voor de kratten op gang houden, etc. Ik moest dan ook helpen en ik weet nog dat, dat een zeer prettige samenwerking was.
In die tijd waren er ook 2 vertegenwoordigers: ene Schilperoord en een jongere waarvan ik de naam kwijt ben (die reed in een witte citroën). Leuke was, dat ik allemaal extra karweitjes kreeg, monster brengen en halen op andere locaties. Mocht ik lekker met de wagen van de baas op jats!!
In die tijd kwam ook de productie richting buitenland op gang, grote aantallen diepvries Bienenstich gingen wekelijks richting Duitsland en ik meen dat er ook wekelijks een grote vrachtwagen uit Frankrijk kwam laden…
Waarom ik vertrokken ben? In die tijd was er al in eerste overname op komst, Nu is dat Quality Bakers, maar toen was dat iets van Whattie uit Australie; althans zo heb ik dat in mijn hoofd zitten. Er zouden veel banen gaan verdwijnen en daar ik sowieso een job had die zeker zou wegvallen, heb ik het zekere voor het onzekere genomen en heb ander werk gezocht.
Ik zie het nog allemaal voor me, ik ruik het en ik hoor het nog! Het heeft toch allemaal een behoorlijke impact op mijn lk leven gehad!
Vooral de kantine boven met tante Toos, de garage met de monteurs, de technische dienst en zelfs de portier die er in die tijd nog was, een hele mooie en dierbare herinnering…

102

 

Sharing is Caring:

Een antwoord naar “Diest”

  1. Louis Raeymaekers was de dikke leider in Diest.
    Ik, Tonny Winnen, was -na een tijd in Brunssum meegelopen te hebben- belast met de technische dienst in Diest.
    Ik was al in Diest toen er nog maar alleen een dak en vloerplaat was.
    Met Ton Dejong van Meneba de verdere afwerking van het gebouw opgevolgd, samen met Sieb Stolte van Kaak de transportbanen gemonteerd, bijna in open lucht.
    Later kwam ook Benier, een handjevol Duitsers voor de oven en een Israëliër voor de software, maar van die laatsten ontsnappen de namen mij.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*